Schrijf alsof niemand het ooit zal lezen

Alles in het leven is betrekkelijk, zelfs het leven zelf. Honderden mensen moeten iets van die strekking gedacht hebben bij de uitvaart vorige week van iemand die we nog lang niet hadden willen missen. En ik was er daar één van.

Het maakte me balorig.

Al die futiliteiten waar we ons druk om maken. Wat doet het er ook allemaal toe. ‘De mens wikt en God beschikt’, zou mijn oma zeggen. Maar ja, zij was katholiek.

In dezelfde stemming trof ik één van mijn opdrachtgevers in de menigte. Vlak voor de dienst had hij een akkefietje gehad met een klant. Hij was er voor de verandering eens met gestrekt been ingegaan. Eén, twee, drie in godsnaam.

En dat voelde eigenlijk heel erg goed.

Gewoon dat keurslijf van wat heurt eens afleggen, je gevoel volgen en dan maar zien wat ervan komt. Zouden we vaker moeten doen.

Op de fiets naar huis voelde ik me behalve verdrietig ook springlevend en roekeloos. Vrij van mijn innerlijke criticus die altijd wel wat te mauwen heeft. Maar die had ik een schop onder zijn kont verkocht, want hé, er was iemand dood.

Dan moet ie echt even zijn mond houden met zijn gezeur.

Gevolg: zalige stilte in mijn hoofd. En ruimte voor existentiële vragen. Wat wilde ik allemaal nog doen in dit leven en waarom deed ik het niet gewoon? Alsof mijn tijd niet ooit op raakt.

En als het dan zover is, waar heb ik dan spijt van?

Met de wind in de rug en een leeg fietspad voor me begon ik te dagdromen. Over wat ik zou doen als ik net dat beetje extra moed en wat meer schijt aan wat een ander ervan vindt op kan brengen.

Aan het water gaan wonen.
In een hutje als het moet.

Me inschrijven voor de earthship academy in New Mexico.

En ook echt gaan.

Een lange wandeltocht maken, eentje van een paar weken.

Een schilderretraite in de Provence.

Naar Sziget gaan, de volle 7 dagen.

Een boek schrijven.

Nog één.

En meer bloggen.

Bloggen alsof niemand het ooit zal lezen.

Terwijl ik natuurlijk hoop dat het niet zo zal zijn. Dat juist veel mensen het lezen.

Zullen we een getal noemen?

Maar daar gaat het nu niet om. Nog niet. Waar het wel om gaat is de vrijheid. De vrijheid om te schrijven wat je wilt, voor wie je wilt, zoals je wilt. En niet van tevoren alles al stuk neuzelen.

Omdat misschien iemand het niet zo goed vindt.

Omdat je misschien een rotreactie krijgt.

Omdat je misschien een taalnazi treft.

Er is maar één remedie. Die vrijheid moet je jezelf gunnen. Negenennegentig van de honderd lezers zal je erom waarderen. Die ene moet dan maar Mulisch gaan lezen.

Een tip dan maar?

Schrijf zoals je spreekt.

Zeg het hardop of neem jezelf op met je telefoon. De kreukels strijk je er later wel uit. Werkt echt. Ik doe het zelf ook.

Een wingman nodig?  Bel me, mail me of doe de workshop.